La búsqueda del término chocar ha obtenido 18 resultados
ES Español NL Neerlandés
chocar (v) [opinión] in konflikt komen (v) [opinión]
chocar (v) [automóviles] in de prak rijden (v) [automóviles]
chocar (v) [vehículos] tegen elkaar knallen (v) [vehículos]
chocar (v) [opinión] tegen elkaar knallen (v) [opinión]
chocar (v) [vehículos] op elkaar klappen (v) [vehículos]
ES Español NL Neerlandés
chocar (v) [opinión] op elkaar klappen (v) [opinión]
chocar (v) [vehículos] tegenstrijdig zijn (v) [vehículos]
chocar (v) [opinión] tegenstrijdig zijn (v) [opinión]
chocar (v) [vehículos] in konflikt komen (v) [vehículos]
chocar (n adj v) [to collide, fall or come down violently] neerstorten (n adj v) [to collide, fall or come down violently]
chocar (v) [vehículos] in conflict komen (v) [vehículos]
chocar (v) [opinión] in conflict komen (v) [opinión]
chocar (v) [vehículos] in botsing komen (v) [vehículos]
chocar (v) [opinión] in botsing komen (v) [opinión]
chocar (v) [vehículos] botsen (v) [vehículos]
chocar (v) [to impact directly, especially if violent] botsen (v) [to impact directly, especially if violent]
chocar (v) [opinión] botsen (v) [opinión]
chocar (v) [automóviles] vernielen (v) [automóviles]