La búsqueda del término hablar de negocios ha obtenido uno resultado
Ir a
ES Español NL Neerlandés
hablar de negocios (v n) [discuss one's work] (v n) over haar werk blijven praten (v n) [discuss one's work] (v n)

ES NL Traducciones de hablar

hablar (v) [speak when not allowed to] onderbreken (v) [speak when not allowed to]
hablar (n v) [to contact by telephone] opbellen (n v) [to contact by telephone]
hablar spreken {n}
hablar (v) [general] spreken (v) {n} [general]
hablar (v) [lenguaje] spreken (v) {n} [lenguaje]
hablar (v) [palabras] spreken (v) {n} [palabras]
hablar (v n) [to be able to communicate in a language] spreken (v n) {n} [to be able to communicate in a language]
hablar (n v) [to communicate by speech] spreken (n v) {n} [to communicate by speech]
hablar (v) [general] praten (v) {n} [general]
hablar (n v) [to communicate by speech] overleggen (n v) [to communicate by speech]

ES NL Traducciones de de

de (o) [concerniente] betreffende (o) [concerniente]
de (o) [sujeto] betreffende (o) [sujeto]
de (o) [concerniente] omtrent (o) [concerniente]
de (o) [sujeto] omtrent (o) [sujeto]
de (o) [concerniente] over (o) [concerniente]
de (prep adv adj) [concerning] over (prep adv adj) [concerning]
de (o) [sujeto] over (o) [sujeto]
de (o) [concerniente] met betrekking tot (o) [concerniente]
de (o) [sujeto] met betrekking tot (o) [sujeto]
de (prep adv adj) [concerning] in verband met (prep adv adj) [concerning]