La búsqueda del término stralen ha obtenido 24 resultados
NL Neerlandés ES Español
stralen (v) [geluk] estar brillante (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] irradiar felicidad (v) [ogen]
stralen (v) [licht] irradiar felicidad (v) [licht]
stralen (v) [geluk] irradiar felicidad (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] rebosar de alegría (v) [ogen]
NL Neerlandés ES Español
stralen (v) [licht] rebosar de alegría (v) [licht]
stralen (v) [geluk] rebosar de alegría (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] estar radiante (v) [ogen]
stralen (v) [licht] estar radiante (v) [licht]
stralen (v) [geluk] estar radiante (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] estar brillante (v) [ogen]
stralen (v) [licht] estar brillante (v) [licht]
stralen (v) [geluk] irradiar (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] radiar (v) [ogen]
stralen (v) [licht] radiar (v) [licht]
stralen (v) [geluk] radiar (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] relucir (v) [ogen]
stralen (v) [licht] relucir (v) [licht]
stralen (v) [geluk] relucir (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] brillar (v) [ogen]
stralen (v) [licht] brillar (v) [licht]
stralen (v) [geluk] brillar (v) [geluk]
stralen (v) [ogen] irradiar (v) [ogen]
stralen (v) [licht] irradiar (v) [licht]

'Traducciones del Neerlandés al Español

NL Sinónimos de stralen ES Traducciones
schijnen [glanzen] parecer {m}
glinsteren [fonkelen] rielar
schitteren [fonkelen] centellear
zakken [falen] n tronar
glimmen [glunderen] resplandecer
lachen [glunderen] n reír
glimlachen [glunderen] sonreír
glunderen [glimlachen] rebosar de orgullo
fonkelen [flikkeren] oscilar