venir de traducción - Español Neerlandés traducción de venir de

La búsqueda del término venir de ha obtenido 8 resultados

	venir venido vienes vienen hubiste venido hubieron venido		komen gekomen komt komen kwam kwamen
	venir (v) [general] venido vienes vienen hubiste venido hubieron venido		komen (v) [general] gekomen komt komen kwam kwamen
	venir (prep conj n v) [slang: have an orgasm; ejaculate] venido vienes vienen hubiste venido hubieron venido		komen (prep conj n v) [slang: have an orgasm; ejaculate] gekomen komt komen kwam kwamen
	venir (v n prep) [to move from further away to nearer to] venido vienes vienen hubiste venido hubieron venido		komen (v n prep) [to move from further away to nearer to] gekomen komt komen kwam kwamen
	venir (prep conj n v) [slang: have an orgasm; ejaculate] venido vienes vienen hubiste venido hubieron venido		klaarkomen (prep conj n v) [slang: have an orgasm; ejaculate] klaargekomen komt klaar komen klaar kwam klaar kwamen klaar

	de (o) [concerniente]		betreffende (o) [concerniente]
	de (o) [sujeto]		betreffende (o) [sujeto]
	de (o) [concerniente]		omtrent (o) [concerniente]
	de (o) [sujeto]		omtrent (o) [sujeto]
	de (o) [concerniente]		over (o) [concerniente]
	de (prep adv adj) [concerning]		over (prep adv adj) [concerning]
	de (o) [sujeto]		over (o) [sujeto]
	de (o) [concerniente]		met betrekking tot (o) [concerniente]
	de (o) [sujeto]		met betrekking tot (o) [sujeto]
	de (prep adv adj) [concerning]		in verband met (prep adv adj) [concerning]

Diccionario multilingüe online gratuito